Kasteel Landwijk
“Landwijck” wordt een eerste keer vermeld in een akte van 1322. De Abt Adam van het klooster van Sint-Truiden en Jan van Halbeke en Arnoldus van Landwijc hebben “de titel van waarachtige aankoop de sluis van de molen van Zelke verworven om die openlijk ten eeuwigen dage te bedienen alsmede het visrecht”. Arnoldus koos zijn naam in functie van het landgoed dat hij in bezit had. Landwijk werd tussen 1483 en 1485 door de troepen van Willem van der Marck afgebrand in een strijd die gevoerd werd om het bezit van de prins-bisschoppelijke zetel van Luik. Het huidige kasteel werd in 1756 door Adriaan Willem de Heusch, die een tijd burgemeester van Hasselt was, gebouwd. Hij huwde op 24 december 1767 met Barbara Gertrudis van Hilst. Zij was de weduwe van Jan van Geloes. Samen met Adriaan bleven ze in haar huis wonen. Landwijk was hun buitenverblijf, het werd in een U-vorm gebouwd. Aan de zuidelijke gevel werd een muur rond de moestuin gemetst. Grachten en waterpartijen, gevuld met water van de Gete, maakten het geheel compleet. Hun wapenschilden zijn in de timpaan van het gebouw te vinden. Het koppel bleef kinderloos waardoor Landwijk in 1844 geërfd werd door zijn neef Henri Joseph Alard de Heusch die gehuwd was met de dame van de grafsteen: gravin Maria Catherina de Heusch.
Foto's: André Smeets