Molen op de Demer
Een grensgeval: de molen op de Demer in Schulen
Schulen had in 1842-44 een hennepmolen op de linkeroever van de Demer, die de naam "bookmolen" droeg en bezit was van de familie de Fabry Beckers. Op de rechteroever, op grondgebied Lummen, lag een graanmolen. Het was dus indertijd een dubbelmolen.
Het geheel kreeg de naam Grote Molen en werd in 1837 door de heer de Fabribeckers de Cortils et Grâce uit Luik gekocht van de erfgenamen van M. L. van der Marck.
De hennepbraakmolen op de Schulense oever werd ca. 1875 tot zagerij omgebouwd door Henri Geerdens die samen met de rentmeester van het kasteel van Loye, Clement Fredrix, de zagerij uitbaatte. We veronderstellen dat toen de installatie van de bookmolen opgeruimd werd. In 1882 huurde J. M. Briers de korenmolen en de zagerij en daarna kwam Jules Forier op de molen.
Tot begin 20ste eeuw noemde men de huidige Stationsstraat in Schulen de Molenweg. Daar woonden toen maar drie gezinnen: de familie Gressens- Vos, op nr. 83, leefde van handel in vette varkens; de familie Romanus Beliën-Rodiers (nu "Couleur de beauté") baatte een herberg uit; de familie Greven-Thijs (nu 1ste huis voor de overweg) leefde van handel in boter en eieren. Een molenaar zat er dus aan de Schulense kant niet tussen.
Severinus Vansweevelt werd in 1926 knecht bij Jules Forier en "Vien” nam de molen over in 1938, nadat hij trouwde. Af en toe moest nicht Maria Martens in dat gezin bijspringen. Zij werkte er tijdens de oorlogsjaren '40-'45 en herinnert zich goed dat op de molen aan de Lummense kant een geheime kamer was waar koren verstopt zat; kwestie van de Duitsers te slim af te zijn. Van een molen op de Schulense oever herinnert ze zich niets. Wel meent ze dat door de vliegende bommen op het station van Schulen, de gebouwtjes op de andere oever erg getroffen werden. Ook overstromingen zijn haar bij gebleven. Gans de molen stond dan onder water. Niet alleen de "kader” zelfs de Leuvense stoof "tot oan het kuut!". De auteurs van "Bouwen door de eeuwen heen" schreven in 1981: "Op de linkeroever (van de Demer) bevond zich voorheen een zaagmolen die vanaf 1929 door een mechanische maalderij werd vervangen; het linker gedeelte werd tijdens de tweede wereldoorlog vernietigd doch muurpartij- en werden opgenomen in de huidige constructie" Maar wat werd er in die mechanische maalderij toen gemalen? Volgens Jef Vanhaeren haalde zijn moeder, Bertha Geboors, geboren in 1898, er in haar jeugd lijnzaad voor de koeien die net gekalfd hadden. Ze moest dan met de kruiwagen tot aan de voordeur van het gebouwtje rijden.
De huidige bewoner van het gebouw op de Schulense oever, Eugène Gysens, vond geen reële bewijzen van het feit dat daar ooit een molen of een zagerij was. Toen hij de gebouwen kocht van de familie de Fabribeckers, stonden er twee grote blokken, waarin twee zware ijzers staken. Ook Jef Vanhaeren heeft die blokken gezien. Hij spreekt van "steunen voor de motors, met grote platte riemen, vijf a zes meter lang, van de ene hoek van de plaats naar de andere"
Op dit ogenblik is de voormalige bookmolen/ zagerij omgebouwd tot een gezellig woonhuis, met een prachtig gezicht op de Demer en op het pakhuis op de Lummense oever.