Overlevingspensioen
Wat
Een overlevingspensioen is een pensioen voor de nabestaanden na een overlijden. Ook wezen van ambtenaren kunnen recht hebben op een overlevingspensioen.
Het maakt niet uit of de overledene al gepensioneerd was of niet. Het overlevingspensioen wordt ook wel weduwepensioen of weduwnaarspensioen genoemd.
Voorwaarden
Op de website van de Federale Pensioendienst vindt u de voorwaarden om recht te hebben op een overlevingspensioen voor verschillende groepen (zie link):
- de huwelijkspartner van een werknemer of ambtenaar
- de ex-huwelijkspartner van een ambtenaar
- de wezen van een ambtenaar.
Zelfstandigen kunnen terecht bij het RSVZ.
Als huwelijkspartner moet u aan volgende voorwaarden voldoen:
- Minimumleeftijd
- U hebt de minimumleeftijd op het moment van overlijden van uw huwelijkspartner of u krijgt een rustpensioen. In 2025 is de minimumleeftijd 50 jaar, maar elk jaar komt hier 6 maanden bij. OF
- U hebt de minimumleeftijd niet, maar u ontvangt al een persoonlijk pensioen.
- U was minstens 1 jaar getrouwd (of u zit in een situatie die zo beschouwd wordt).
- U bent niet getrouwd. Als u hertrouwt, dan wordt uw overlevingspensioen geschorst.
- U bent niet veroordeeld voor misdrijven tegenover de overleden huwelijkspartner.
Wezen moeten voldoen aan deze voorwaarden:
- De overledene was een ambtenaar.
- Ze zijn volle wezen.
De vader- of moederloze wees wordt gelijkgesteld met de volle wees als:- de langstlevende ouder geen recht heeft op een overlevingspensioen;
- zijn afstamming enkel ten aanzien van de overleden ouder vaststaat.
- Ze zijn jonger dan 18 jaar of ze zijn meerderjarig maar geven nog recht op kinderbijslag
- Ze zijn niet veroordeeld voor misdrijven tegen over de overledene.
Procedure
De procedure hangt af van het pensioenstelsel waaronder de overledene viel.
- U moet geen aanvraag doen als uw overleden huwelijkspartner al gepensioneerd was.
- In alle andere gevallen moet u wél een aanvraag doen. Dat kan via mypension.be, uw gemeentebestuur of de Pensioenlijn 1765.
Opgelet:
- Als u uw aanvraag meer dan 12 maanden doet na het overlijden, start uw overlevingspensioen pas de eerste dag van de maand volgend op uw aanvraag.
- Als er zowel een huwelijkspartner als een ex-huwelijkspartner is, verliest de ex-huwelijkspartner zijn recht op een overlevingspensioen als hij zijn aanvraag niet binnen het jaar volgend op het overlijden heeft ingediend.
Wat meebrengen?
- Identiteitskaart met pincode
- Rekeningnummer